Live /s Live 2024 :: Van kibbeling naar kabbeling

Yeehaw

Zaterdag gaf Live /s Live dan toch enige schijn van consistentie, met een aanloop die baadde in countryrock. Met stetsons, strakke pakjes – en is dat een fles whisky op dat bijzettafeltje? – is Lord Huron zelfs zo “Yeehaw”, dat we ook zonder googlen hadden moeten weten dat dit uit Amerika komt. “I’m a fool for love” zingt frontman Ben Schneider ergens, en we hebben onze gladde countrybingo vol. Zelfs al was opener “Meet Me In The Woods” nog een aardig begin, en blijft afsluitende hit “The Night We Met” ook te pruimen, wat daartussen voor set moest doorgaan ging wel heel vlot het ene oor in, het andere oor uit.

“It’s our absolute pleasure to close the Sheryl Crow day” zal Tom Smith van Editors straks bedanken, maar wij horen aanvankelijk vooral “Neeje, neeje” naast ons. Want uit welk belegen vaatje tap je als je opkomt op de tonen van “Start Me Up”? Maar zo is het met Sheryl Crow, die wel vaker naar The Rolling Stones zal knipogen. Voor het eerst in eenentwintig jaar staat ze nog eens op een Belgisch podium, maar de valse glimlach – je ziet ze wegsterven nog voor haar hoofd helemaal wegdraait – verbergt dat ze waarschijnlijk niet eens weet waar ze staat. “I still wanna have some fun”, gaat het niettemin in opener “Steve McQueen”; een professional doet wat ze moet doen.

Ooit schreef Crow “Leaving Las Vegas”. Dat nummer brengt ze vandaag niet, maar je voelt dat ze The Strip eigenlijk nooit verlaten heeft. “Run Baby Run” – nochtans een topnummer – wordt vandaag onthecht en behaagziek gebracht, te glad om echt te blijven plakken. “A Change Will Do You Good” is flauwe countryrock, “Cross Creek Road” lijkt tien minuten te duren, en dat is tien minuten te lang.

Maar dan is er toch weer “Favourite Mistake” en dat brugje waarin ze met haar zanglijn iets doet dat je week in de knieën maakt. Het blije “Soak Up The Sun” volgt, meliger dan meelwormen, maar het wérkt, “If It Makes You Happy” maakt de hattrick vol. En weg is ze, met nog een “Everyday Is A Winding Road”; Sheryl was nog eens hier, maar echt opzienbarend was het nu ook weer niet.

A very Belgian clin d’oeuil

“Ik snap niet dat mensen altijd weer om een Balthazarplaat blijven vragen. Ik zie het zo: met onze zijprojecten heb je net méér Balthazar!”, merkte Jinte Deprez dit voorjaar op. Hij heeft gelijk: de Kortrijkzanen lijken alomtegenwoordiger dan ooit. Volgend weekend staat Deprez met zijn J. Bernardt op Werchter, zijn collega Maarten Devoldere mag hier dit weekend als Warhaus aantreden. En die band lijkt zo langzamerhand het moederschip te overklassen. Drie platen ver is Devolderes bijgedachte met klasbakken als Jasper Maekelberg en Tijs Delbeke iets geworden om rekening mee te houden.

Ja, het regent, maar we blijven staan, ook wanneer “Shadowplay” eindeloos wordt gerekt met een oninteressante percussiebreak terwijl het decor haastig wordt gered van de elementen. We moeten immers nog de moderne Belpopklassieker “Love’s A Stranger” krijgen, of de stomende blazers van het instrumentale “Beaches”. Slotnummer “Open Window” eert opzichtig zijn helden met een Wallace Collection-achtig einde; a very Belgian clin d’oeuil. Devoldere dirigeert het publiek in samenzang, u gaat druipend vollebak mee; Moessorgski zou trots zijn.

En dat was genoeg romantiek, want Editors heeft een ander idee voor vandaag. “Strawberry Lemonade” is nog een wat moeizaam begin – alweer die geluidsman – “An End Has A Start” is, welja, de echte start. Bij “Sugar” noteer je “die groove”, en ook dat de band strak staat te spelen, terwijl Tom Smith zelf, euh, strak staat.

Yup, dit is de gewoonlijke greatest hitsset, maar: met zoveel knallers, wie klaagt daar om? We moeten nog even door het taaie “A Ton Of Love” – “Die Zaaier!” – maar ter compensatie volgt daarna wel eindelijk nog eens “The Weight Of The World”, het strafste, het sterkste, het meest overrompelende nummer van doorbraakplaat An End Has A Start dat in ons land altijd werd geschrapt ten voordele van een niet nader te benoemen B-kantje. “Every little piece of your life will add up to one” croont Smith en achter hem zwelt alles op zijn shoegaze. “Love replaces fear” gaat het in de finale, en het voelt alsof we even leviteren. Topnummer dus.

De rest is afvinken. Harde beats en harde gitaren in het recentere “Karma Climb” of “Picturesque”, vuurfonteinen in “Racing Rats”, die cover van Adamski’s “Killer” die al meegaat van vorig jaar en waar we nog altijd niet uit zijn … Het is allemaal bekend, al veel te vaak gespeeld in dit land, maar het werkt nog altijd. In ’t kort: Editors overtuigde meer dan The National gisteren deed, en dat zegt meer over gisteren dan over vandaag.

verwant

recent

Joker: Folie à Deux

Een musical. Een rechtbankdrama. Een blockbuster. Joker: Folie à...

Buffalo Tom

Het Amerikaanse Buffalo Tom is  als goede wijn: enkel...

Fat Dog :: WOOF.

Sommige bands balanceren op het randje van goede smaak....

Merol :: ”Ik hoop dat ik op mijn zestigste nog altijd coming-of-ageplaten maak”

Het vroeg een pandemie om van actrice Merel Baldé...

LAAT EEN REACTIE ACHTER

Schrijf uw reactie
Vul hier uw naam in