Buffalo Tom

Het Amerikaanse Buffalo Tom is  als goede wijn: enkel beter met de jaren. Jump Rope, hun laatste, dit jaar verschenen plaat is nog niet helemaal koud, of daar haalde het popwerpoptrio uit Boston uit met een intens, lyrisch, vaak energiek en al even vaak ontroerend concert.

Beginnen deden de heren als vanouds met “Staples” uit doorbraakplaat Let Me Come Over uit 1992. Ja, de distortion van frontman Bill Janovitz zijn gitaar kwam bij aanvang dat tikje te weinig uit de verf. Herhaaldelijk zou hij tijdens het concert aan zijn versterker morrelen, met als resultaat een steeds beter geluid. Voor de rest geen klachten; ook “Sodajerk”, met die heerlijke drums van Tom Maginnis in crescendo, lustte een uitverkochte Roma als zoete pap. Toen de heren in deze song het publiek vroegen om mee te klappen, deed het merendeel van de zaal dat dus maar al te gewillig. “Jullie zijn niet naar Bryan Adams of Janet Jackson gegaan,” prezen Janovitz en de zijnen de goede smaak van de concertgangers. Waarna het uiterst gevoelige, door bassist Chris Colbourn gezongen “Late At Night” losbarstte. Die knappe samenzang met Janovitz in de refreinen! Die machtige, snerpende gitaarsolo!

“Racine”, een song uit de zelden live gespeelde, titelloze debuutplaat uit 1988, was een hoogst aangename kopstoot van een song, net zoals het heerlijk wapperende “Summer”: absoluut goud uit de jaren negentig met een hoogst adequaat phaser-geluidseffect op de gitaar. Fijn ook om te zien hoe de heren zichzelf zichtbaar amuseerden, getuige een huppelende Colbourn en een Janovitz die vanavond meerdere keren Pete Townsend-gewijs zou molenwieken met zijn armen alvorens hij weer een machtig geluid uit zijn gitaar toverde. “Tree House” wurmde zich dan ook behaaglijk heen en weer schommelend in onze trommelvliezen, net zoals het wat tragere “Mineral”, dat in de Roma voorzien werd van een royale intro. Maar het kon ook pakken recenter, bijvoorbeeld met de loepzuivere single “Helmet” uit Jump Rope. Hier zat de distortion op de gitaar helemaal juist, haast als een loodrechte hoek van een zuivere 90 graden.

“All Be Gone”, uit de vorige plaat, ging – luidens Janovitz – over de kinderen van de bandleden die inmiddels allemaal twintigers zijn. De band vuurde de song aan lichtsnelheid de zaal in. Voordat je als toeschouwer de tijd kreeg om weg te mijmeren over het vergankelijke van alles, was er de voorhamer van melancholie in hoofdletters met het uiterst gevoelige, op plaat met een akoestische gitaar ingeblikte “Autumn Letter”, alweer uit Jump Rope. “Dry Land”, uit Big Red Letter Day, was opnieuw zo’n absolute klasbak uit de jaren negentig. Gaat er bij ons ook altijd in als een ovenhete croissant: het ontroerende “You’ll Never Catch Him”, compleet met een lange outro vol ruimte-achtige geluidjes. Janovitz deelde net voor die song een plectrum uit aan iemand vooraan in het publiek: eigenlijk heel cliché, maar het toont ook de prima verstandhouding aan van Buffalo Tom met zijn fans.

Piepklein drama: in “Recipessloeg de stem van Colbourn heel lichtjes over. Niet getreurd, want daar was weer een vurige solo en machtig geluid in “Birdbrain”, gevolgd door een vakkundig gespeeld “Would Not Be Denied”. Voor de eindsprint van dit prima concert zette Janovitz vastberaden een baseballpet op, alsof hij wou onderstrepen dat het hem nu vollédig menens was. En ook Colbourn liet zich niet onbetuigd, getuige het door hem gezongen, messcherpe “Darl”, één van de snelste – en beste – songs op Let Me Come Over, met meteen daarna het gevoelig tragere “Larry”, hier voorzien van een lange intro. Vlak voor de laatste loodjes van dit marathonconcert verwonderden de heren zich nog even over de oer-Vlaamse uitdrukking “tram 6” – Colbourn werd twee weken geleden zestig jaar. Veel tijd om daar bij stil te staan was er niet, want daar raasden het zinderende “Kitchen Door” en het finale “Tangerine” al door de boxen, meteen het slotakkoord van de reguliere set.

Noteerden wij nog ijverig in de bissen: de Neil Young cover “Don’t Cry No Tears” en uiteraard “Taillights Fade”, nog steeds de grootste hit van deze band. Tegen dan hadden wij al lang in vette letters een conclusie klaar: een concert van Buffalo Tom is zoals een blij weerzien met een goede kennis van jaren geleden: je staat versteld hoe goed die het doet in het leven en hoe comfortabel dat contact opnieuw aanvoelt. Buffalo Tom in de Roma als één welluidende trip doorheen een rijk muzikaal verleden én heden; er zijn al voor pakken minder concerten uitverkocht.

Scrawny Records

verwant

Buffalo Tom :: Jump Rope      

Heerlijke, tijdloze, granieten kwaliteit. Die drie adjectieven kleven al...

Buffalo Tom :: Quiet and Peace

Le nouveau Buffalo Tom est arrivé! Is dat een...

Buffalo Tom komt naar Cactusfestival

Cactusfestival vervolledigde enkele dagen geleden zijn programma voor zondag...

Buffalo Tom :: 6 juni 2017, AB

Wat een klasbak van een noiserockband is en blijft...

recent

Joker: Folie à Deux

Een musical. Een rechtbankdrama. Een blockbuster. Joker: Folie à...

Fat Dog :: WOOF.

Sommige bands balanceren op het randje van goede smaak....

Merol :: ”Ik hoop dat ik op mijn zestigste nog altijd coming-of-ageplaten maak”

Het vroeg een pandemie om van actrice Merel Baldé...

Manu Chao :: Viva Tu

De wereld rondtrekken, allemaal goed en wel. Een nieuwe...
Vorig artikel
Volgend artikel

LAAT EEN REACTIE ACHTER

Schrijf uw reactie
Vul hier uw naam in