Gordels om, passagierszetel lekker laag: Divorce heeft eindelijk hun debuutplaat uit en neemt ons mee op joyride. Het charismatische ding kreeg de naam Drive To Goldenhammer en werd een vrij letterlijk ritje door het kleurrijke universum van dit charmante viertal.
Wie het Nottinghamse Divorce al even volgt (ze brachten hiervoor twee veelbelovende EP’s uit), weet: zoals het een ambitieuze band uit de Engelse midlands betaamt, zijn ze vaak op weg met hun van. En die durft al eens in panne te staan. En nog eens. En nog eens. Fans konden zelfs merch met het vervloekte ding op kopen om hen mobiel te houden. Om maar te zeggen: het thema van dit album voelt zo vertrouwd aan als maar zijn kan.
We liften mee naar het fictieve Goldenhammer, klaar voor mooie verzichten en avontuur. “Antarctica” zet de toon, met z’n nostalgische protagonist die over een dromerig viooltje heen vertelt over de lange rit voor de boeg, “I got a long drive / Nothing much to think of but Antarctica / No hairpin turns”. Frontpersonen Tiger Cohen-Towell en Felix Mackenzie-Barrow verweven hun stemmen tot een vederlicht gouden dekentje dat ze harmonieus over de hele plaat draperen.
Divorce zet onderweg bijna evenveel maskers op als het nummers inzet. We botsen verder op fuzzy rock (de outro van “Karen”, een ode aan Karen Carpenter die hun extra coolpunten oplevert), lieflijke indiefolk/country/americana (“Parachutes”), en euforische pop die niet zou misstaan als dé soundtrack van deze festivalzomer (“All My Freaks”).“Where Do You Go” deelt dan weer heupstoten uit op z’n St Vincents en Alex Turners anno 2013. Achter elke bocht loert een verrassende nieuwe wending. In het sexy sudderende “Pill” krijgen we zelfs drie aktes – bij elk onderdeel springen ze in een nieuw kostuum uit de verkleedkoffer. Dat hoeft niet te verbazen: Cohen-Towell en Mackenzie-Barrow ontmoetten elkaar toen ze zich als tieners bij hetzelfde theatergezelschap aansloten. Voor de hoes van de plaat maakte gitarist Adam Peter Smith vier koddige marionetjes die de bandleden moeten voorstellen op hun queeste naar goud. Nummer vier is trouwens drummer Kasper Sandstrøm, die zijn sporen ook als gitarist bij Do Nothing verdiende – aan creatief talent geen gebrek bij Divorce.
Hun eerste worp is er dus onvermijdelijk eentje van het excentrieke soort. Dat vertaalt zich ook in hun teksten, met kwinkslagen en dubbele bodems zoals “Look at the state of that U-turn” in “Old Broken String”. We snakken samen met het dodelijk aanstekelijke “Lord” mee naar ons lief dat thuis wacht (“I’ll be damned if I don’t get home tonight”) en turen in “Jet Show” naar de sterren (“And if I make it home on time, I’ll buy you every star in sight”) en de wolken (“Cirrus clouds above my head”). Nee, hun roadtrip is geen subtiele metafoor. En onze bestemming? De fluweelzachte slottrack “Mercy” meldt: “My breaking voice gave up the golden hammer”. Maar hé, is de reis zelf niet waar het uiteindelijk om draait?
Divorce toont zich een band met vele maskers en nummers die alle kanten op gaan, maar blijft toegankelijk en vervalt nooit in complete chaos. Het viertal heeft een heerlijke vrije geest en weet perfect wie en wat het allemaal kan zijn. En dat goud? Dat zouden ze met hun Drive To Goldenhammer wel eens in handen kunnen hebben.
Divorce speelt op 23 april in Ringo in Gent.